Zaak gesloten, oorzaak ketellekkage

Achtergrond |
21 september 2019 |
Leestijd ± 3 tot 5 minuten

De Middelburgse frituurondernemer Tommie de Bont moest afgelopen zomer één van zijn twee cafetaria’s tijdelijk sluiten als gevolg van ketellekkage. Alle drie de frituurketels in zijn bakwand vertoonden mankementen. Deze kwamen aan het licht tijdens het verhelpen van een storing. De huidige leverancier haalde alles uit de kast om de ovenbouwer de lekke ketels zo snel mogelijk te laten vervangen.

Ook omdat de monteur de bakwand buiten gebruik stelde vanwege brandrisico, restte de ondernemer geen andere keuze dan zijn bedrijf tijdelijk dicht te doen. “Van maandag tot en met vrijdag dicht. Vijf dagen dus. En dat is nog snel. Want volgens de dealer staan er eigenlijk twee weken voor voordat een ketel vervangen kan worden. Bij mij ging het om drie stuks en daarom werd de planning omgegooid.” Zegt Tommie de Bont. Afgezien van de rekening voor de ketelvervanging, is sprake van omzetderving. “Het kostte me zeker ongeveer 2000 euro per dag, nog afgezien van de medewerkers. Die moest ik gewoon doorbetalen natuurlijk,” zegt De Bont. Enige pleister op de wond: hij kon enkele medewerkers inzetten in zijn tweede zaak.

Levensduur

Het was niet de eerste keer dat De Bont te maken kreeg met ketellekkages. Alles opgeteld, moesten de afgelopen jaren negen of tien ketels bij zijn bedrijven vervangen worden. “Lopendebandwerk,” zegt De Bont cynisch. “Maar het is hoe dan ook natuurlijk niet acceptabel. Ik heb twee dure ovens in mijn zaken. De één kostte 65 duizend, de ander 85 duizend. Zes en negen jaar oud zijn ze. Vroeger gingen ketels eindeloos mee. Sinds er sprake is van HR-ovens, is dat wat korter, dat weet ik. Maar tien jaar is toch wel het minste dat je verwachten mag, vind ik.”

Garantie

Voor de vervanging betaalde De Bont in de loop van de jaren verschillende bedragen. “Soms viel het onder de garantie, een andere keer onder halve garantie. Of ik moest gewoon het volle pond betalen. Ik heb wel eens de indruk dat je minder betaalt als je stennis maakt. In elk geval is het mij wel ooit gelukt wat van de rekening af te krijgen.”

Ketelkwestie

Het Nederlands Frituurcentrum startte in opdracht van ProFri enige tijd geleden, gealarmeerd door geluiden uit de branche, een bakwandenonderzoek. Uit het verkennend deel van het onderzoek bleek dat ketellekkage voorkomt bij meerdere merken, maar vooral bij een bepaald type HR-ketel (hoog rendement). Nadat ProFri de zaak aanhangig maakte bij een van de fabrikanten en de gesprekken waren vastgelopen, publiceerden het frituurcentrum en de vereniging mede op aandringen van de leden de eerste bevindingen. Vervolgens werden beide partijen in een rechtszaak, aangespannen door de betreffende ovenbouwer, gedwongen tot een rectificatie van een aantal gedane uitspraken. De rechter vond dat de data voor het doen van deze uitspraken onvoldoende onderbouwd waren. De rectificatie is onder meer geplaatst in Frituurwereld nummer 10. Wegens gebrek aan financiële middelen besloten de vereniging en het frituurcentrum niet in beroep te gaan. Met als gevolg dat zij nu het oordeel van de rechter moeten respecteren.

Stichting

Eind 2018 besloot de vakvereniging tijdens een extra ingelaste ledenvergadering het onderzoek naar de oorzaak van vroegtijdige ketellekkage in handen te geven van een stichting. Deze kreeg de naam Stichting Ketelkwestie. Volgens Frans van Rooij, directeur van ProFri en het Nederlands Frituurcentrum is de stichting nog in oprichting. “Frituurders kunnen ondertussen gewoon bij ons blijven aankloppen, maar we moeten zorgvuldig handelen. De stichting gaat eerst aanvullende informatie verzamelen over de kwestie en pogen het lopende onderzoek af te ronden. Dat gaat nog wel even duren. Wanneer wordt aangetoond dat de oorzaak van de veelvoorkomende lekkage daadwerkelijk te wijten is aan de constructie en het niet ligt aan verkeerd gebruik, dan zal de stichting proberen om met de betreffende fabrikant(en) te komen tot een regeling voor de gedupeerde ondernemers. In eerste instantie zal de stichting zich hard maken voor die ondernemers die zich als participant hebben aangemeld. Wanneer de oorzaak terug te voeren is naar het gebruik niet volgens voorschriften, dan zal gekeken moeten worden hoe het aantal ketellekkages in de toekomst kan worden verminderd. Bijvoorbeeld door betere handleidingen en training van de medewerkers. Daar profiteert dan iedereen van.” Van Rooij, die bij de oprichting van de stichting betrokken is, houdt er rekening mee dat de oorzaak van de lekkages ook een combinatie van beide kan zijn.

Advies

Wanneer aangetoond wordt dat de oorzaak van de lekkage te wijten, of mede te wijten is aan de constructie, dan kan het voor ondernemers lastig worden om van de ketels die inmiddels vervangen zijn, aan te tonen dat het om dat specifieke probleem ging. Tommie de Bont adviseert zijn collega’s dan ook om tijdens het vervangen foto’s te maken. “Ook deze ketels mocht ik niet behouden, maar ik heb er net zoals het afgelopen jaar wel weer foto’s van gemaakt. Hiermee heb ik in elk geval iets van bewijs dat de lekkage bij deze vijf ketels bij de pinnen zat.”
Word jouw ketel vervangen wegens lekkage? Bel de hulplijn van de Stichting Ketelkwestie i.o. via 040-7200900 (optie 3). Op de pagina’s hierna gaat Frituurwereld dieper in op de opdracht die de Stichting Ketelkwestie i.o. zichzelf stelt. Daarnaast geeft Stichting Ketelkwestie i.o. tips aan ondernemers die te maken krijgen met ketelfalen.

www.stichtingketelkwestie.nl

Dit artikel is reeds eerder verschenen in Frituurwereld Editie 13 – Najaar 2019