Rechter: “LikeMeat hoeft pensioenen niet onder te brengen bij vleesfonds”

Actueel |
16 december 2022 |
Leestijd ± 1 tot 2 minuten
Foto: Likemeat.com

Bedrijven die vleesvervangers maken, horen niet bij de vleesindustrie. Ze hoeven dus ook hun personeel niet verplicht onder te brengen bij het bedrijfspensioenfonds voor de vleessector (VLEP). Dit oordeelde afgelopen week een rechter in Den Haag.

Vleespensioenfonds VLEP had de zaak aanhangig gemaakt tegen het Duitse bedrijf Like Meat, waarvan de Nederlandse tak in Amsterdam is gevestigd.

Like Meat heeft zijn personeelspensioen al ruim vier jaar geregeld via een algemeen pensioenfonds. Dit was tegen het zere been van het vleesfonds en dat stapte daarom naar de rechter. Die stelde dus Like Meat in het gelijk. De redenatie van de Haagse rechter was simpel: een vleesvervanger is simpelweg geen vlees.

Like Chicken, Like Schnitzel….

Eerder speelden reeds juridisch kwesties over de vraag of vleesvervangers zich mogen tooien met “vleesnamen”. De plantaardige producent uit Duitsland heeft hierop iets creatiefs gevonden door zijn naamstelling. De bedrijfsnaam Like Meat (“lijkt op vlees”) wordt namelijk ook doorgevoerd in de producten die het bedrijf aan de horeca en foodservice levert: Like Chicken Burger, Like Schnitzel, Like Nuggets, Like Kebab Chunks, Like Gyros Strips enzovoorts.

Like Meat maakt zijn look-a-likes van eiwitten uit soja, tarwe en erwten. Het bedrijf legt de nadruk op textuur en smaak. In zijn marketing stelt het Duitse bedrijf bovendien “genieten” centraal met slogans als “Do good, eat dirty” en “LikeMeat doubles the pleasure!”

Tot begin dit jaar werkte Like Meat in ons land samen met rapper Ali B, die reclame maakte voor “kipstukjes” die Marokkaans zijn gekruid. Na de verhalen over grensoverschrijdend gedrag bij The Voice, brak het bedrijf met de rapper/coach.