
Voor veel mensen zal het “een worst wezen”, maar in Straatsburg werd het deze week wél serieus besproken: het Europees Parlement wil dat plantaardige producten niet langer vleesnamen dragen. Denk aan de veggieburger of de sojaworst.
Wat besloot het Europees Parlement?
Een meerderheid van de Europarlementariërs stemde voor een oproep om vleesgerelateerde termen te verbieden voor plantaardige producten. Dus: geen burger, geen biefstuk en geen worst meer op de verpakking als er geen dierlijk vlees in zit.
Het gaat om een oproep, geen wet. De Europese Commissie en de lidstaten moeten zich er nog over buigen. Of en hoe dit straks in Nederland gaat gelden, is daarom nog onduidelijk.
Tegenstanders: “nonsens”
Tegenstanders, onder wie de Nederlandse Europarlementariër Anja Hazekamp, vinden het plan onzinnig. Volgens hen weet iedere consument heus wel dat een veggieburger geen rundvlees bevat en zorgt de huidige benaming juist voor duidelijkheid. Zij zien het voorstel als een lobby van de vleesindustrie.
Wat betekent dit voor Nederland?
Als de plannen doorgaan, moeten producenten van vleesvrije snacks hun etiketten, merknamen en verpakkingen aanpassen. Een veggieburger kan dan bijvoorbeeld een groenteschijf worden, en een sojaworst misschien een plantstaaf. Of consumenten daar trek in hebben, is een tweede.
Voor cafetaria’s en snackbars kan dit op termijn betekenen dat men de menukaarten moet herzien. Heeft de gast straks nog zin in een groenteschijf speciaal of klinkt veggieburger toch net wat lekkerder?
Voorlopig verandert er nog niets. De oproep moet eerst nog verder worden uitgewerkt door de Europese Commissie en vervolgens door de EU-lidstaten. Dat gaat nog wel een paar jaar duren. Maar mocht het verbod er echt komen, dan wordt het voor de branche zoeken naar creatieve en smaakvolle alternatieven.
Voor nu blijft het dus afwachten – en voor velen zal het, zoals gezegd, “een worst wezen”.
Foto: iStock