Streep door nulurencontract, behalve voor studenten en scholieren

Actueel |
6 juli 2022 |
Leestijd ± 1 tot 2 minuten
Frituurwereld - medewerker
Foto: Shutterstock

Het kabinet wil een einde maken aan onzekere oproepcontracten zoals het nulurencontract. Er blijft wel een uitzondering voor studenten en scholieren. Ook worden de regels rondom tijdelijke contracten aangepast.

Minister Karien van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid meldt aan de Tweede Kamer dat het kabinet een streep wil zetten door het nulurencontract. Vakbonden en werkgevers hebben daar in juni 2021 al overeenstemming over bereikt. Daarmee volgt het kabinet adviezen van de Commissie Regulering van Werk, die onderzoek deed naar arbeidsrelaties, en van de Sociaal-Economische Raad.

Basiscontract met urennorm

In plaats van het nulurencontract komt er een basiscontract, dat samen met sociale partners verder wordt uitgewerkt. Dit contract krijgt tenminste een kwartaalurennorm, waardoor het loon van een werknemers voorspelbaar is.

De afschaffing van oproepcontracten zal niet gelden voor studenten en scholieren, zo meldt de minister. De details van deze uitzondering moeten verder worden uitgewerkt.

Ook einde aan permanente tijdelijkheid

Verder heeft het kabinet als doel om ‘permanente tijdelijkheid’ niet meer mogelijk te maken. Uit de evaluatie van de Wet werk en zekerheid blijkt dat 14 procent van de werkgevers aangeeft gebruik te maken van de periodes tussen tijdelijke contracten van minimaal zes maanden (bij seizoenswerk is het drie maanden). Na deze onderbrekingstermijn begint weer een nieuwe keten van tijdelijke contracten. Het kabinet wil nu dat al het voorgaande werk onderdeel wordt van de keten. Dit wordt met sociale partners nader vormgegeven.

Net zoals bij de oproepcontracten, geldt voor de afschaffing van de onderbrekingstermijn een uitzondering voor scholieren en studenten met een bijbaan. Dit is om hun toegang tot de arbeidsmarkt niet te beperken

Stagevergoedingen

De Tweede Kamer vraagt het kabinet daarnaast om stagevergoedingen voor studenten op te nemen in de cao. Deze moeten in ieder geval de kosten dekken die studenten maken voor hun stage. Over deze vergoedingen moet het kabinet afspraken maken met studentenvakbonden, onderwijsinstellingen en het bedrijfsleven.

Meer inkomenszekerheid

De plannen van het kabinet zijn onderdeel van een grondige hervorming van de arbeidsmarkt. Daarin blijft flexibel werk mogelijk, maar het uitgangspunt is dat de inkomenszekerheid van werknemers toeneemt. Het kabinet streeft ernaar om uiterlijk begin 2023 besluiten te nemen over de invulling van de maatregelen.