Nederlanders komen makkelijker rond dan drie jaar geleden. Toch beknibbelen we nog altijd op onze uitgaven aan eten en drinken. Dit blijkt uit een onderzoek dat bureau Motivaction uitvoerde onder Nederlandse consumenten.
1. “Ik kom makkelijk rond”
Het percentage Nederlanders dat redelijk makkelijk rondkomt, is sinds 2022 gestegen. In 2022, het jaar van de corona-inflatie, gold dit voor 63 procent van de ondervraagden. Als gevolg van gestegen inkomens en een daling van de inflatie, kan nu 73 procent tamelijk makkelijk toe met zijn budget.
Het aantal mensen dat gedwongen heel zuinig moet leven, daalde. Van 12 procent naar 6 procent. Macro bekeken hebben Nederlanders veel reserves. Voor het eerst piekt het totale spaartegoed van ons land boven de 500 miljard euro.
2. “Toch pessimistisch”
Toch blijft een groot deel van de bevolking pessimistisch over zijn eigen koopkracht, aldus Motivaction. Volgens het rapport van het bureau komt dit door de nog altijd relatief hoge inflatie, gestegen voedselprijzen en internationale politieke en maatschappelijke onrust. Een derde deel van de ondervraagden verwacht daarom dat hij/zij de levensstijl (verder) moet aanpassen.
3. “Besparen op eetgemak”
Eerder bleek uit onderzoek van YouGov dat 67 van elke 100 Nederlanders dit jaar minder willen uitgeven aan eten en drinken in de horeca. Motivaction vroeg met name naar de dagelijkse boodschappen.
Het bureau concludeert: “Een derde (34 procent) bezuinigt op dit moment bewust op de uitgaven aan eten en drinken voor thuis.” Zo kocht 20 procent het afgelopen half jaar minder gemaksproducten en kant-en-klare maaltijden in de supermarkt. Drie jaar geleden lag dit cijfer op slechts 14 procent.
Foto: Shutterstock, Xavier Lorenzo
