Honderd 100 miljoen kilo. Dat is het overschot aan frietaardappelen in Nederland. Dit taxeert No Waste Army, een organisatie die in actie komt tegen voedselverspilling. De hoeveelheid is vergelijkbaar met bijna het hele jaarverbruik van alle cafetaria’s in ons land.
Dat er teveel aardappelen zijn is al langer duidelijk. Het is een Europees probleem. De opslagschuren zijn vol, de frietmakers zitten aan hun maximale capaciteit.
Late oogst, vroege oogst
Het overschot is simpel verklaarbaar. Vorig jaar gingen frietaardappelen laat de grond in vanwege het kletsnatte weer. Dit jaar konden ze juist vroeg worden gepoot. Het betekent dat de aardappelschuren nu vol zitten. Daarbij komt nog dat de export vanuit Europa wat afneemt. Steeds meer landen in Azië en Afrika produceren namelijk zelf toenemend friet. Zodoende zijn ze er nu frietpiepers in overvloed.
Bestemming voor overschot
Voedselcollectief No Waste Army probeert via een actie een bestemming te vinden voor het overschot van een boer in het Zeeuwse dorp Graauw. Hij dreigt 190 duizend kilo Agria-aardappelen te moeten weggooien. Ze waren oorspronkelijk bedoeld om chips van te maken.
“Marktwerking…”
“Ik weet het hoor, dit is marktwerking. Maar het doet pijn om het allemaal weg te gooien,” zegt boer Dirk Steijaert in het Algemeen Dagblad. Per kilo leverden de aardappelen hem 18 eurocent aan kosten op. De Agria’s in de opslag hebben echter nu een marktwaarde van hooguit enkele eurocenten per kilo.
Boerderijfriet
Het familiebedrijf van Steijaert verwerkt sinds drie jaar onder de naam Boerderijfriet ook zelf aardappelen tot patat-friet en andere aardappelproducten. De piepers in de opslag zijn hiervoor echter te klein. No Waste Army heeft inmiddels haar tienduizenden volgers opgeroepen aardappelen te kopen van de Zeeuwse boer.
Foto: Shutterstock, door R. Classen
